Het Zwitserlevenlandje is voorbij
Nederlanders moeten eerst wennen aan het idee dat ze zelf moeten gaan sparen voor later. Hoe ze die eigen verantwoordelijkheid moeten oppakken, wat ze precies te wachten staat, weten ze niet, maar het onbekommerde Zwitserlevensgevoel is definitief voorbij.
Onze aanstekelijk optimistische minister-president staat altijd klaar om een sombere boodschap zo te verpakken dat het op een cadeautje lijkt. Na de zuinige troonrede stond hij klaar met zijn lijstjes, waaruit blijkt dat Nederland het economisch gezien zo slecht nog niet doet. De rente op schulden is laag, de werkloosheid in vergelijking met andere Europese landen ook, en op het gebied van concurrentiekracht behoort Nederland tot de beste van de Europese klas. Het is het verhaal van: we staan er goed voor, maar we moeten natuurlijk wel zorgen dat…
Er was één rijtje economische cijfers, dat de premier minder goed vond passen in z’n positieve praatje. Dat zijn de cijfers van het consumentenvertrouwen. In 2007 stond dat nog op een lenteachtige +20. Maar daarna is het onder nul gezakt, met uitschieters tot een economische kilte van -40. Inmiddels staat het met -30 nog ver onder het vriespunt. Als ‘de mensen in het land’ niet méér fiducie in de toekomst krijgen, zal hun kooplust niet aanwakkeren en de bedrijvigheid ook niet groeien.
Nu is een dalend consumentenvertrouwen van alle tijden. Bij elke recessie schiet het consumentenvertrouwen naar beneden, zoals in 1975 en 1983, maar al vrij snel daarna krabbelt het geloof in de toekomst toch weer op.
Voor de eerste keer in dertig jaar is dat nu niet het geval. De index staat al vier jaar onder nul en gaat er de komende tijd niet boven komen. Het gevoel dat het economisch niet snel beter zal gaan, is dieper geworteld dan bij eerdere recessies. Dat komt omdat mensen de boodschap hebben begrepen, dat ze in de toekomst meer voor zichzelf moeten zorgen. Dat was een schok, want door alle collectieve voorzieningen, zijn Nederlanders vanaf hun geboorte ingeprent dat alles wel voor ze geregeld wordt. Een baan, een pensioen en als er daarbij onverhoopt iets mis gaat, zijn er natuurlijk uitkeringen bij ziekte, werkloosheid, arbeidsongeschiktheid of wat dan ook.
Maar inmiddels staat dit hele systeem ter discussie, waardoor veel mensen acuut gestopt zijn met kopen. Ze moeten eerst wennen aan het idee dat ze zelf moeten gaan sparen voor later. Hoe ze die eigen verantwoordelijkheid moeten oppakken, wat ze precies te wachten staat, weten ze niet, maar het onbekommerde Zwitserlevensgevoel is definitief voorbij.
Het lage consumentenvertrouwen weerspiegelt zich in onderzoeken in de Westelijke wereld, waaruit blijkt dat meer dan de helft van de ouders niet meer verwacht dat hun kinderen het beter krijgen dan zij. Het is de eerste keer na de oorlog dat dat percentage boven de 50 uitkomt.
Veel veranderingen gaan snel. Er zijn open grenzen er is vrij verkeer van werknemers in de EU, maar veel Nederlanders vinden het vooral eenrichtingsverkeer en voelen het op de werkvloer. Het versterkt het gevoel van onzekerheid.
Premier Rutte zal straks al zijn positieve overtuigingskracht nodig hebben om na een toekomstige troonrede ook met het rijtje consumentenvertrouwen, voor de dag te kunnen komen.
Meer Columns
- 26 Jul 23
- Goed voor de werkgelegenheid, is een achterhaalde politieke dooddoener
- 24 May 23
- Die 4,5 jaar voor het nieuwe pensioenstelsel, hebben we alleen al nodig om het te begrijpen…
- 07 Nov 22
- Deeltijd is een fiscaal gestimuleerde ramp
Meer Column artikelen »